FNK-regels om te komen tot

de erkenning van een nieuw ras met de CAC-status

ingaande 26 maart 2004

 

  
  

Fokkers die een nieuw ras willen gaan fokken en dit erkend willen krijgen bij de FNK, dienen voor zij met fokken beginnen eerst toestemming te vragen aan de FNK, door zich als groep schriftelijk aan te melden bij de secretaris van (een van) hun vereniging(en) welke lid dient te zijn van de FNK, die deze aanvraag onverwijld doorstuurt aan de secretaris van de FNK.

Om tot erkenning te komen van een nieuw ras met de CAC-status moet een traject worden doorlopen dat uit drie onderdelen bestaat:

      A.     Toestemming om te mogen beginnen met het fokken van een nieuw ras

      B.      Registratie van het ras; hieraan is gekoppeld de status ‘voorlopig erkend’.

      C.      Erkenning van het ras; hieraan is gekoppeld de status ‘CAC’.

 

Ad A.

1.   Fokkers die een nieuw ras willen fokken en dit door de FNK erkend willen hebben, dienen zich als groep

      schriftelijk aan te melden bij de secretaris van (een van) hun vereniging(en) welke lid dient te zijn van de

      FNK. De groep moet bestaan uit tenminste tien fokkers, die allen lid van een vereniging zijn die

      aangesloten is bij de FNK.

      In de aanmelding moeten worden vermeld: de namen en adressen van de betreffende fokkers, hun   

      catterynaam en de kattenvereniging bij welke ze zijn aangesloten. Het document moet van hun

      handtekeningen zijn voorzien.

2.   De groep fokkers moet 3 (drie) namen ter goedkeuring aan de FNK overleggen. Deze namen mogen geen

      verwarring opleveren met namen van reeds bestaande rassen. De groep fokkers moet de bij het ras

      behorende standaard indienen. In deze standaard staat exact vermeld: de haarlengte, het type, de     

      beharing, de toegestane kleuren en variëteiten. Bovendien zijn in genoemde standaard vermeld: alle niet

      toegestane fouten.

3.   Als in de standaard raskenmerken worden genoemd, waarbij twijfels ontstaan omtrent het welzijn van de

      kat kan de FNK advies inwinnen bij veterinair deskundigen. Indien het tot een erkenning van dit ras komt,

      zal de standaard beheerd worden door de FNK en ook gepubliceerd worden als FNK-standaard.

      4.   Deze standaard wordt ter toetsing voorgelegd aan een commissie van 5 keurmeesters geselecteerd door de

            FNK. De te hanteren criteria hiervoor zijn: het te erkennen ras mag niet op een bestaand ras lijken en het moet

            een meerwaarde hebben ten opzichte van de reeds bestaande rassen.

      Deze commissie brengt een schriftelijk onderbouwd advies uit aan de FNK, waarop deze in overleg met de    

      commissie besluit of het genoemde ras wel of niet voor erkenning in aanmerking komt. Stemmen kunnen

      ook schriftelijk (per brief of per e-mail) door het betrokken bestuurslid van de FNK worden uitgebracht. De

      vereniging die het verzoek heeft ingediend heeft geen stemrecht.

      Deze beslissing is bindend en er kan geen beroep worden aangetekend.

      5.   Indien besloten wordt, dat het ras voor erkenning in aanmerking komt,  kiest  de FNK uit de drie namen de

            definitieve naam. De vereniging, via welke de aanvraag is ingediend, krijgt schriftelijk bericht van de FNK over

            het feit of het ras wel of niet voor erkenning in aanmerking komt.

 

Ad B.

Indien besloten is, dat dit ras voor erkenning in aanmerking kan komen, moet aan de volgende eisen worden voldaan:

1.   De groep fokkers dient aan te tonen, dat er tenminste 25 exemplaren van het nieuwe ras zijn. De katten

      moeten of eigendom zijn van een fokker, lid van een vereniging aangesloten bij de FNK of gefokt zijn door

      een fokker, lid van een vereniging aangesloten bij de FNK.  

      Deze 25 exemplaren worden ter keuring aangeboden. Zij worden gekeurd door 2 keurmeesters,  

      onafhankelijk van elkaar aan de hand van de in Ad A 2 genoemde rasstandaard. In geval van twijfel beslist

      een derde keurmeester. De keurmeesters worden  door de FNK geselecteerd. Tenminste 15 dieren moeten  

      de kwalificatie ‘uitmuntend’ behalen.

      Let wel: dit mag niet plaats vinden op een show georganiseerd door de vereniging, via welke het verzoek

      tot erkenning is binnen gekomen. De katten worden niet door de eigenaren voorgebracht, maar door

      stewards

2.   Er zijn op deze show 2 onafhankelijke waarnemers namens de FNK, om te controleren of alles volgens de

      regels verloopt. Zij nemen de hierna genoemde documenten in ontvangst en zorgen dat deze bij de

      secretaris komen.

2.1.Een catalogus van deze show wordt afgegeven aan de waarnemers van de FNK.

2.2.Kopieën van de keurrapporten van de katten van het nieuw te registreren ras worden aan de

       waarnemers van de FNK afgegeven.

2.3.Een verklaring van de betrokken keurmeesters, die deze nieuwe variëteit hebben gekeurd, met hun

       bevindingen wordt opgestuurd naar een van de waarnemers.

2.4.De waarnemers stellen een verklaring op met hun bevindingen.

3.   De waarnemers controleren deze gegevens en doen verslag op de volgende FNK-vergadering, waarop

      de vergadering alleen op grond van deze gegevens  besluit tot het wel/niet overgaan van registreren   

      van het ras.* Dit houdt in, dat alle stamboeken van de verenigingen bij de FNK aangesloten het ras als

      zodanig gaan opnemen in hun stamboek en hiervoor registratiebewijzen afgeven. De secretaris bewaart   

      kopieën van alle relevante documenten aangaande deze controle in het FNK-archief.

      *Dit besluit van de FNK is bindend..

 

Het ras krijgt de status ‘voorlopig erkend’. Dit houdt in, dat katten geshowd kunnen worden onder hun rasnaam, maar nog geen certificaten voor titels mogen krijgen. De kwalificaties die gegeven kunnen worden zijn: Uitmuntend, Zeer Goed en Goed. Het is niet toegestaan om dit ras met de BIS-verkiezing mee te laten doen. In de catalogus zullen zij achterin opgenomen worden met de vermelding van de rasnaam PLUS ‘Voorlopig erkend’.

 

Ad C.

1. Na een periode van tenminste 3 jaar moeten minstens 100 exemplaren van het te erkennen ras in

          Nederland zijn geregistreerd.

2. Er moeten in Nederland tenminste 5 dekkaters beschikbaar zijn, die tot het bedoelde ras behoren  en

          tot en met de 3generatie niet verwant zijn.

3. Er moeten in Nederland tenminste 40 poezen zijn, die tot en met de 3e generatie tot het bedoelde ras

          behoren.

4. Tijdens deze periode moeten deze dieren op een show in Nederland tenminste 100 maal de kwalificatie

          ‘Uitmuntend’ behaald hebben gerekend vanaf het moment waarop de toestemming tot registeren is

          verleend.

 

Een onafhankelijke commissie van tenminste 3 personen (in ieder geval bestaande uit één FNK-bestuurslid met genetische kennis en bij voorkeur één keurmeester en één stamboekmedewerker) controleert de gegevens genoemd onder Ad C. punt 1 t/m 4.

Hiervoor hebben zij nodig:

a)  Een kopie van minstens 100 afstammingsbewijzen van dit nieuwe ras, die niet uitgegeven mogen zijn

     voor de datum, waarop besloten is tot voorlopige erkenning.

b)  Uit deze afstammingsbewijzen moet blijken dat er 5 dekkaters zijn die aan Ad C. punt 2 voldoen.

c)  Uit deze afstammingsbewijzen moet blijken dat er 40 poezen zijn die voldoen aan Ad C. punt 3.

d)  Uit deze afstammingsbewijzen moet blijken dat er tenminste 100 maal de kwalificatie ‘Uitmuntend’ is

      behaald conform Ad C. punt 4.

De waarnemers controleren deze gegevens en doen verslag op de volgende FNK-vergadering, waarop de vergadering alleen op grond van deze gegevens  besluit tot het wel/niet rekenen van het ras.

*Dit besluit van de FNK is bindend.

 

Als dit nieuwe ras is erkend, past de secretaris de CAC-lijst aan en verzendt deze aan alle betrokkenen. De vereniging via welke de aanvraag is ingediend,  informeert hierover de groep fokkers.

De secretaris bewaart kopieën van alle relevante documenten aangaande deze erkenning in het FNK-archief.

Voor alle onderdelen van deze procedure geldt, dat van de aanvragers een redelijke bijdrage in de gemaakte kosten wordt geëist.

  

Voor rassen, erkend bij de TICA, GCCF of CFA en nog niet erkend bij de FNK geldt:

Een groep van tenminste 3 fokkers of potentiële fokkers van het betreffende ras dient een verzoek tot erkenning in bij hun vereniging welke lid dient te zijn van  de FNK, die deze aanvraag onverwijld doorstuurt aan de secretaris van de FNK.

 

Als in de standaard raskenmerken worden genoemd, waarbij twijfels ontstaan omtrent het welzijn van de kat kan de FNK advies inwinnen bij veterinair deskundigen en op grond daarvan de aanvraag weigeren.

Als de FNK van mening is, dat het betreffende ras geen meerwaarde heeft ten opzichte van de reeds erkende rassen, wordt de aanvraag geweigerd.

De beslissing van de FNK is bindend.


HOME 

 

 

Hosted by www.Geocities.ws

1